Whatsapp Facebook LinkedIn RSS feed

Beheer bodemvocht cruciaal voor bestrijding emelten

ADVERTORIAL
BODEM & BODEMBIOLOGIE
Facebook Linkedin Whatsapp
Marijn Keizers, vrijdag 15 augustus 2025
136 sec


Effectieve bestrijding van emelten hangt sterk samen met het juiste beheer van bodemvocht

Emelten, de larven van langpootmuggen, kunnen een aanmerkelijk probleem vormen voor beheerders van grasland, golfbanen en sportvelden. Deze grijsbruine larven leven ondergronds en voeden zich met graswortels, wat aanzienlijke schade aan grasoppervlakken veroorzaakt. Daarnaast ontstaat er vaak secundaire schade door vogels en zoogdieren die de bodem omwoelen op zoek naar deze larven.


Vochtbeheer als sleutel tot succes

Effectieve bestrijding van emelten hangt sterk samen met het juiste beheer van bodemvocht. Emelten zijn het actiefst in vochtige bodems, waar ze ook het beste kunnen worden bestreden. Bij te droge omstandigheden trekken ze zich dieper in de bodem terug en komen ze alleen naar het oppervlak om zich te voeden. Dit beperkt de contacttijd met bestrijdingsmogelijkheden zoals Acelepryn en nuttige aaltjes, waardoor het bestrijdingsresultaat onder de maat blijft.
Voor optimale resultaten is het bodemvochtgehalte idealiter 20% bij een Acelepryn-toepassing en 30% bij het inzetten van aaltjes. Na toepassing moet het vochtgehalte zeven tot tien dagen op minimaal 25% worden gehouden om de activiteit te maximaliseren. We zien ook dat er steeds meer bodemvochtsensoren zoals Spiio worden gebruikt. Deze zijn heel handig om het vochtgehalte op onder andere greens realtime te monitoren en te beheren.


Twee hoofdschuldigen in Nederland

De meeste schade wordt veroorzaakt door twee soorten langpootmuggen. Tipula paludosa, de weidelangpootmug, heeft één generatie per jaar en legt haar eitjes voornamelijk tussen augustus en oktober. Dit is de meest voorkomende veroorzaker van emeltenschade in Nederland.
Tipula oleracea, de groente- of koollangpootmug, heeft doorgaans twee generaties per jaar, met eiafzetting in april-mei en opnieuw tussen augustus en oktober. Door die dubbele cyclus kan deze soort in meerdere perioden van het jaar voor problemen zorgen.


Optimale timing voor behandeling

Onderzoek gebaseerd op jarenlange monitoring wijst uit dat de optimale timing voor toepassing van Acelepryn rond 20 oktober is. Bij een zeer hoge druk kan gekozen worden voor een geïntegreerde aanpak, waarbij binnen zeven dagen na de Acelepryn-behandeling aaltjes worden ingezet.
Het doel is dat er zoveel mogelijk emelten actief zijn in de bovenste bodemlaag wanneer de concentratie van het middel het hoogst is. Bodemvochtsensoren en hulpstoffen zoals wetting agents kunnen waardevolle ondersteuning bieden bij het monitoren en handhaven van het vocht in de wortelzone.


Temperatuur als beperkende factor

De bodemtemperatuur speelt een cruciale rol bij de effectiviteit van aaltjes; beneden 8°C zijn ze niet meer actief. Voor voorjaarstoepassingen moet rekening worden gehouden met oplopende temperaturen vanaf april. In het najaar, vanaf half tot eind oktober, is het vochtgehalte meestal beter te managen, is er minder uv-straling en blijft de bodemtemperatuur hoog genoeg.


Praktische aanbevelingen

Experts adviseren om bij de toepassing van aaltjes vooraf te maaien om retentie op het blad te beperken. Het spuitwatervolume is idealiter 1000 liter per hectare, toegepast met grove druppels. Deze grove spuitdoppen zijn essentieel om beschadiging van nematoden tijdens toepassing te minimaliseren.
Toepassing bij voorspelling van lichte regen of bij zware dauw heeft de voorkeur, of anders irrigatie zo snel mogelijk na de behandeling. De TurfAdvisor- app kan helpen bij het voorspellen van de optimale omstandigheden.


Beluchting kan effectiviteit beïnvloeden

Onderzoek heeft aangetoond dat beluchtingspraktijken de bestrijdingseffectiviteit kunnen beïnvloeden. Holle penbeluchting creëert kanalen, waardoor emelten 's nachts naar boven komen om zich te voeden; overdag keren ze dieper terug zonder contact met het middel. De aanbeveling is om grote beluchtingswerkzaamheden buiten het bestrijdingsvenster uit te voeren, vooral in gebieden waar bestrijding prioriteit heeft.


Uitdagingen en geïntegreerde aanpak

Het beheer van bodemvocht vormt vaak een uitdaging, omdat de optimale timing voor emeltbestrijding in het najaar meestal samenvalt met het einde van irrigatieschema's. Veranderende weerpatronen hebben dit nog moeilijker gemaakt, vooral tijdens langdurige droge perioden.
Voor optimale resultaten is een geïntegreerde aanpak essentieel. Op golfbanen mag Acelepryn alleen op greens worden gebruikt, terwijl aaltjes meerdere keren per jaar op alle gebieden kunnen worden ingezet. Naast directe bestrijding kunnen gezonde grasmatbeheerstrategieën, inclusief bemesting, biostimulanten en beworteling, het gras weerbaarder maken tegen plaagschade.
Het gebruik van moderne technologie, bijvoorbeeld weerstations, bodemvochtsensoren zoals Spiio en monitoringapps, speelt een steeds belangrijkere rol in de totaalaanpak tegen emelten. Door deze elementen slim te combineren, kunnen beheerders effectief inspelen op deze hardnekkige plaag.


Voor meer informatie over Acelepryn, Spiio en de TurfAdvisor-app zie de websites:
https://www.syngenta.nl/Acelepryn
https://www.syngenta.nl/turf-advisor-app
https://spiio.com/


LOGIN   met je e-mailadres om te reageren.

REACTIES
Er zijn nog geen reacties.

download artikel
tip de redactie

Meld je aan voor onze digitale nieuwsbrief.
AGENDA
KLM Open 2026 opnieuw op The International
donderdag 4 juni 2026
t/m zondag 7 juni 2026

ONDERDELEN
Archief
Dossiers
Green Industry Profile
Webshop
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER