Whatsapp Facebook X LinkedIn RSS feed

Kwaliteit leveren en ready golf proof zijn

ARTIKEL
Facebook Twitter Linkedin Whatsapp
Chris Veldkamp, donderdag 4 oktober 2018
531 sec


Dat moet het verschil maken met de vele golfbanen in de regio

In de rubriek Team in beeld ditmaal aandacht voor de Oosterhoutse Golfclub. Wie zorgen er voor het baanonderhoud, wat doen ze anders dan anderen en op welke problemen stuit het team? De Oosterhoutse Golfclub is altijd ambitieus geweest. Een recent voorbeeld daarvan is de aanleg van de langste par-3-baan van Nederland naast de 18-holesbaan. Kwaliteit en ready golf zijn volgens de club de sleutel om te overleven in de Brabantse concurrentiestrijd.




Alex Roovers (greenkeeper/monteur), John Bink (greenkeeper), Myles Bancroft (seizoensgreenkeeper), David Smans (greenkeeper), Sean Mccavana (seizoensgreenkeeper), Arijan van Alphen (hoofdgreenkeeper)
Alex Roovers (greenkeeper/monteur), John Bink (greenkeeper), Myles Bancroft (seizoensgreenkeeper), David Smans (greenkeeper), Sean Mccavana (seizoensgreenkeeper), Arijan van Alphen (hoofdgreenkeeper)

Het golfterrein van de Oosterhoutse Golfclub ligt in een regio waar het wemelt van de golfbanen: er zijn er veertien in een straal van twintig kilometer. Bij ons bezoek wordt duidelijk dat de club zeer bewust gericht is op het aanbieden van een aantrekkelijke golfbaan, onderhoud van hoge kwaliteit en voorbereidingen op een toekomst zonder gewasbeschermingsmiddelen. Een goede baan en goed onderhoud zijn altijd ambities geweest van de club, maar de concurrentiestrijd is een extra reden om erboven uit te steken.

Toen de club een gebied van bijna zestien hectare bij de park- en bosbaan kon betrekken, werd besloten om de 18-holesbaan aan te passen en een 9-holes-par-3-baan te creëren: een lange (1.280 meter in totaal, met holes tussen de 95 en 175 meter) en greens die net zo groot zijn als op de 18-holesbaan. De aanpassingen onder leiding van architect Frank Pont werden in 2016 en 2017 gerealiseerd, met de hulp van aannemer Aha de Man en de greenkeepers in eigen dienst, aangevoerd door Arijan van Alphen.

Hoofdgreenkeeper Arijan van Alphen
Hoofdgreenkeeper Van Alphen en Gerard Malcontent, bestuurslid van de Stichting Golfsport Oosterhout die de baan exploiteert namens de club, zijn de hoofdpersonen bij alle zaken die de baan en het onderhoud betreffen. Zij plegen overleg met de baancommissie die namens de 1.100 clubleden optreedt.

De baanaanpassingen en de komst van een par-3-baan zijn enkele van de aanleidingen voor ons bezoek. Waarom een par-3-baan? ‘Hiermee bieden we jeugd, jongvolwassenen, families maar ook oudere leden een uitdagende baan aan, waar je toch in korte tijd een rondje kunt spelen’, zegt Malcontent. ‘Gevorderde spelers kunnen er hun korte spel oefenen, beginners kunnen er het spel leren.’ ‘Een par-3-baan is een must om jeugd te veroveren’, zegt Van Alphen. ‘En om ouderen te behouden die wat moeilijker ter been zijn of voor wie de grote baan te lang wordt’, vult Malcontent aan.

De korte baan is niet in een hoek van het terrein weggestopt. Met opzet begint en eindigt de par-3-baan bij het clubhuis, net als de grote baan, die ruim 6.100 meter lang is. Malcontent: ‘De par-3-baan is daardoor uitnodigend en hij ligt ook nog eens vlak bij de range. De pro’s zijn daar heel blij mee. Je ziet er geregeld groepjes het korte spel trainen.’ Van Alphen: ‘Je ziet er ook ouders met kinderen spelen, omdat ze op de par-3-baan niet in de weg lopen.’

Hoe kijkt de golfer naar de baan?

De 49-jarige Van Alphen werkt al sinds 1991 op de baan in Oosterhout. Hij kwam er terecht via Gerard van der Werf en de huidige directeur van De Enk Groen & Golf was korte tijd zijn leermeester. Van Alpen is sinds 2003 hoofdgreenkeeper. De 66-jarige Malcontent, net met pensioen, is net als voorzitter Paul van Logtestijn een kleine twee jaar actief als bestuurslid. Het bestuur probeert de club zo veel mogelijk te professionaliseren. ‘De Oosterhoutse is een golfvereniging, maar het is tegelijk een bedrijf’, zegt Malcontent. ‘Er gaat 1,3 miljoen euro om per jaar.’


Malcontent heeft samen met Van Alphen eerst een beheer- en onderhoudsplan opgesteld. ‘De kernvraag van ons onderhoudsplan is: hoe kijkt de golfer naar de baan?’, aldus Malcontent. ‘De volgende vraag kwam van Arijan, en die was: welke tools hebben we voor het onderhoud en welke hebben we nog meer nodig? Om alle tools en uren beter in zicht te krijgen, zijn we gaan werken met het kostenmanagementprogramma Punctus Greenkeeping Software.’

Dit programma wordt gebruikt door een handvol Nederlandse banen, maar is in Duitsland en Groot-Brittannië wijdverspreid. Punctus is een hulp bij het management van golfbanen; het maakt duidelijk hoeveel tijd en geld bepaalde zaken en taken kosten: de kosten van machineonderhoud en -reparaties, de gebruikte hoeveelheid kunstmest, brandstof of water, de aanwezige voorraad, de beschikbaarheid van het personeel et cetera. Van Alphen is er enthousiast over: ‘Je krijgt inzicht in personeel en materieel, waardoor je de effectiviteit van het team kunt verhogen. Het is een gebruiksvriendelijke managementtool, die je ook op je telefoon kunt gebruiken.’

In het beheerplan voor de jaren 2017-2020 staan doelstellingen vastgelegd, bijvoorbeeld over het terugdringen van straatgras en de uitstraling van de baan. Hoe de baan overkomt op golfers, wordt in hoge mate bepaald door de lay-out, maailijnen en zichtlijnen; daarbij treedt huisarchitect Frank Pont op als adviseur. ‘Ready golf en kwaliteit zijn sleutelwoorden in het beheerplan’, zegt Malcontent. ‘Het streven is een goede doorstroming en optimaal speelplezier voor spelers van alle niveaus. Spelers komen in het ideale geval terug met de bal waarmee ze begonnen, dus het is van belang dat met name de landingsgebieden opgeruimd en schoon zijn, dat ballen te vinden zijn.’

‘Ready golf en kwaliteit zijn sleutelwoorden in het beheerplan’

Architect Frank Pont en bestuurslid Gerard Malcontent
De club heeft begin 2018 scherpe eisen gesteld aan het onderhoud in dit kalenderjaar – nog meer kwaliteit dan in de afgelopen jaren. De realisering daarvan wordt geëvalueerd in een wekelijks overleg tussen Malcontent en de greenkeeping. Net als op Golfbaan ’t Zelle (zie de vorige Greenkeeper) heeft het team op de Oosterhoutse de opdracht om de par-3-baan op hetzelfde hoge niveau te onderhouden als de grote baan.

De greenkeeping heeft het geluk dat de baan op zandgrond ligt, maar het is een klein team dat de 27 holes op 74 hectare moet onderhouden voor een actieve vereniging die veel speelt. De groep bestaat uit vier fulltime krachten (inclusief hoofdgreenkeeper Van Alphen), drie seizoenskrachten en een parttimer voor de tuin. Twee van de greenkeepers komen uit Schotland en een uit Ierland. Van Alphen heeft in de loop der jaren meerdere malen gewerkt met greenkeepers van de andere kant van de Noordzee en is vol lof over hun passie en mentaliteit: ‘Een verklaring is misschien dat ze daar een vierjarige opleiding volgen; dat is toch heel anders dan de LOI-achtige opleiding die we in Nederland hebben. De functie greenkeeper is in Groot-Brittannië en Ierland iets anders dan bij ons. In Schotland en Ierland zijn overal golfbanen; in de kroeg weet men wat je doet als greenkeeper. De gemiddelde Nederlander snapt niet wat je vak inhoudt; je wordt vaak gezien als een veredelde tuinier. En met alle respect voor Nederlandse greenkeepers, er zijn er ook heel wat die alleen maar de tijd volmaken en geen passie voor het vak hebben.’

Voorbereiden op een chemievrije toekomst

De Oosterhoutse ligt deels op grond van de gemeente en deels op terrein van Staatsbosbeheer (het deel dat in 2016 bij de baan is getrokken). De club is vanaf het begin Committed to Green en kreeg in 2004 voor het eerst het GEO-certificaat uitgereikt. ‘Bij de bouw van de baan in 1985 waren er onder de initiatiefnemers en leden meteen geluiden dat een golfbaan meer is dan gras’, vertelt Van Alphen. ‘We hadden daarom al snel een flora- en faunacommissie en het hele gebied is toen geïnventariseerd. De stap naar Committed to Green en een GEO-certificaat was daarna heel simpel; het was een kwestie van zaken vastleggen volgens de systematiek van Committed to Green.’


Ter bevordering van de flora en fauna is er op de baan van de Oosterhoutse bijvoorbeeld een ecozone (een gebied met een kwetsbaar milieu dat niet betreden mag worden) en een vleermuizenkelder. De club heeft als eerste golfvereniging in Nederland een convenant ondertekend met de Bijenstichting. Ronald Buiting van Buiting Advies adviseert het onderhoudsteam bij zaken die het bosbeheer en de natuur betreffen.

De Oosterhoutse was er vroeg bij met Committed to Green en de GEO-certificering, en is ook vroeg begonnen met de voorbereiding op een toekomst waarin gewasbeschermingsmiddelen verboden zijn. Met behulp van adviseur Jan van Mondfrans wordt het straatgras op de greens teruggedrongen. Het gemiddelde percentage straatgras op de greens is nu ongeveer 25%, het streefpercentage is minder dan 20%. Er wordt op de Oosterhoutse zuinig beregend en Van Alphen doet veel proeven met wetting agents. ‘Op alle spelelementen: greens, tees en fairways. We willen weten wat het effect is. Het is niet goedkoop, maar het werkt wel goed en je reduceert het waterverbruik.’ Verder is op de baan een plaats ingericht waar regenwater wordt opgeslagen. Malcontent: ‘We hebben het nu nog niet nodig; het is bedoeld voor de toekomst: voor droge tijden of als er restricties op het gebruik van water komen. De opslag is een buffer.’

Een van de zaken waarin het onderhoudsteam zich verdiept, is een verzuringsinstallatie. Van Alphen: ‘Greenkeeping is zorgen voor lucht, licht, goede grassen en zo weinig mogelijk beregenen en bemesten. De aanzuurinstallatie is vooral bedoeld om de pH-schommeling te beperken tussen bemesten en vocht toedienen - beregenen of regen. We weten wat we willen, namelijk de waterkwaliteit beïnvloeden, maar het is zoeken naar de juiste pH-waarde, de juiste doseringen. De aanzuurinstallatie zelf is gemakkelijk, maar de wetgeving eromheen is ingewikkelder.’


Team en voorbereiding zijn doorslaggevend

Hoofdgreenkeeper Van Alphen ziet de toekomst na de Green Deal vol vertrouwen tegemoet. ‘Kijk naar je eigen lijf; je kunt heel veel narigheid voorkomen door aan een gezonde geest en een gezond lichaam te werken’, zegt Van Alphen, die zelf geregeld meedoet aan hardloopwedstrijden van Roparun voor het goede doel. ‘Met de juiste voeding en veel beweging kun je ziektes voorkomen. Dat geldt ook voor het onderhoud van golfbanen. In greenkeeping hangt de gezondheid van de baan in grote mate af van de voorbereidingen en het onderhoud, maar natuurlijk ook van de ondergrond waarmee je te maken hebt.’


Op de Oosterhoutse is alles over ziektes vastgelegd in een gewasbeschermingsplan. Van Alphen: ‘Daarin is bepaald wat we tolereren aan schimmels, onkruid en plagen. Het draait erom welk middel het meeste effect heeft met de minste overlast voor het milieu. Neem als voorbeeld dollarspot: wat is het, wat kun je doen om het te voorkomen, wat kun je doen om het te bestrijden? Dat hebben we allemaal omschreven. In het plan staat dat je bij dollarspot pas bij een bepaald percentage ingrijpt. Wij hebben de afgelopen drie tot vier jaar overigens helemaal geen gewasbeschermingsmiddelen gebruikt. Pas dit jaar moeten we weer iets gaan gebruiken, tegen klaver.’

De hoofdgreenkeeper staat pal achter beheer zonder chemie, maar zet wel kanttekeningen bij de Green Deal (de afspraak dat pesticiden nog maximaal twee jaar extra zijn toegestaan, tot 2020, maar dat golfbanen het gebruik zoveel mogelijk gaan beperken en op zoek gaan naar alternatieven). Van Alphen: ‘De Green Deal die is gesloten tussen de grassporten en de overheid verbaasde me eigenlijk, omdat Nederland bekendstaat als een land waar altijd al weinig naar gewasbeschermingsmiddelen wordt gegrepen. Ik denk dat we in Nederland altijd al deden wat nu in de Green Deal wordt omschreven: het gebruik van pesticiden terugdringen. Maar de klanten – de golfers – komen ook in het buitenland en zien daar andere banen, waar pesticiden nog niet worden teruggedrongen. Dat vind ik een groot manco van de Europese overheid: dat de wetten per land verschillen en dat bestrijdingsmiddelen in het ene land nog wel gebruikt mogen worden, maar in het andere niet. Nederland is altijd goed bezig geweest, maar als beloning oefent de NGF nu druk uit om het hier nog verder terug te draaien. Ik vind dat de NGF en andere golforganisaties eerst voor een goede uniforme Europese regeling moeten zorgen, zodat de wetten per land gelijk zijn en golfers een eerlijke vergelijking kunnen maken tussen banen in eigen land en het buitenland.’

‘Dat vind ik een groot manco van de Europese overheid: dat de wetten per land verschillen en dat bestrijdingsmiddelen in het ene land nog wel gebruikt mogen worden, maar in het andere niet’

Hoofdgreenkeeper Van Alphen monitort jaarlijks alle greens: wortellengte, grassamenstelling, vilt, noem maar op. ‘We evalueren de data en kijken of de cijfers ons gevoel bevestigen.’ In 2016 was Van Alphen een van de sprekers op een symposium over chemievrij beheer van golfbanen, dat georganiseerd werd door de Brabantse Milieufederatie in samenwerking met de NGF. Hij presenteerde toen cijfers waaruit bleek dat de Oosterhoutse tussen 2010 en 2015 de bemesting flink had verminderd, dat de pH-waarde van de grond flink was afgenomen, dat het struisgras op de greens was toegenomen en het straatgras was teruggedrongen. Een van zijn opmerkingen was toen: ‘Kale plekken horen erbij; daar moet je doorheen.’ Hij komt daarop terug bij ons bezoek aan de Oosterhoutse. ‘Als je teruggaat in water en mest, heb je te maken met een overgangsperiode. Er treedt een verandering op op de greens. De zwakke broeders onder de grassoorten vallen weg, het straatgras wordt geel. De gewenste grassen overleven, maar zijn vaak niet snel genoeg om alle kale plekken op te vullen. Het kost tijd. De overgangsperiode is een zure appel waar je doorheen moet bijten.’

‘Kale plekken horen erbij. De overgangsperiode is een zure appel waar je doorheen moet bijten’

Van Alphen vindt dat greenkeepers in de toekomst minder ‘op de kalender’ moeten werken: ‘Je moet doen waar de baan om vraagt. Monitor je greens en andere baanonderdelen en maak op basis van die gegevens je plan. Als beluchten in een jaarplanning gepland staat voor een bepaalde week, dan moet je kijken of het wel nodig is. En op het gebied van beluchten of bemesten kun je ook precisiemanagement plegen. Sommige greens liggen in een bos, andere niet. Precisiemanagement kan dan inhouden dat je drie greens wel belucht maar de andere niet, of dat je twee greens wel bemest en andere niet. Daar moeten we naartoe. Je beperkt daarmee onderhoudsuren en -bewerkingen en de mate waarin golfers gestoord worden door het onderhoud.’

Een van de nieuwe holes na de baanaanpassingen in 2016 en 2017
Je moet doen waar de baan om vraagt. Op het gebied van beluchten of bemesten kun je ook precisiemanagement plegen’

Bunkers en bomen

Na de baanaanpassingen in 2016 en 2017 ging het onderhoudsteam aan de slag met een bunkerrenovatie. In de nieuwe zandhindernissen op de par-3-baan werden matten van het bedrijf Bunkermat geïnstalleerd, matten die bijvoorbeeld ook in de steile bunkerwanden op de Koninklijke Haagsche zijn toegepast. Die worden uiteindelijk in elke bunker aangebracht. Malcontent: ‘De bunkers hebben dankzij de matten minder onderhoud nodig en het zand raakt minder snel vervuild. Voor de spelers is het grote voordeel dat ballen niet meer pluggen in de bunkerwand.’


Een blijvende uitdaging voor het onderhoudsteam is de wisselende grondwaterstand op de Oosterhoutse. ‘Op de zandgrond hier zijn we in de zomer snel van water af, maar de grondwaterstand fluctueert wel een meter tussen de zomer en de winter. Dat is kenmerkend voor het hele gebied hier en we kunnen het nauwelijks beïnvloeden, maar het heeft grote effecten op de ondergrond. Daar moeten we zo goed mogelijk mee omgaan en dat is de grootste uitdaging op deze golfbaan.’

Van alle lopende zaken worden de leden van de Oosterhoutse wekelijks op de hoogte gehouden. Bestuurslid Malcontent maakt elke week samen met hoofdgreenkeeper Van Alphen een nieuwsbericht voor op de website. Een voorbeeld uit een recent bericht: ‘Het creëren van licht en lucht door de baan is en wordt een belangrijk thema de komende jaren. Per 1 januari 2020 is het strikt verboden om nog maar enig bestrijdingsmiddel te gebruiken op de greens en door de baan. Dit betekent met name dat de greens kwetsbaar worden voor ziektes die het oppervlak ernstig kunnen aantasten. Voldoende licht en lucht zijn cruciaal voor de kwaliteit van met name het gras op de greens. Dit betekent dat, met extern advies, gedurende de winterperiode ruimte gecreëerd gaat worden middels het verwijderen van een groot aantal bomen, struiken en jong opschot.’

Communicatie is heel belangrijk, beseft het onderhoudsteam van de Oosterhoutse. Greenkeepers kennen de noodzaak van licht en lucht, maar de golfers nog lang niet allemaal.

Machinelijst
Jacobsen GP 400-greenmaaier (2)
Jacobsen Greensking VI-tee- en foregreen-maaier (2)
Jacobsen AR 522-semirough-maaier
Jacobsen LF 570-fairwaymaaier
Jacobsen LF 3800-fairwaymaaier
John Deere 1200 A-bunkerhark (2)
John Deere E Gator-transporter (3)
Ez-go-handicar
Toro Reelmaster 3100D-surrounding-maaier
Carraro-tractor
New Holland-tractor (2)
John Deere-tractor
Amazone 1800 Jumbo
John Deere TC 125
Vertidrain
Earcore
TC-houtversnipperaar

LOGIN   met je e-mailadres om te reageren.

REACTIES
Er zijn nog geen reacties.

download artikel

Tip de redactie

Meld je aan voor onze digitale nieuwsbrief.
AGENDA
Nationaal Golfcongres 2025
dinsdag 4 februari 2025

ONDERDELEN
Archief
Dossiers
Green Industry Profile
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER